Gekwetst door een tegenstander die hij op straat tegenkomt, grijpt Lucianus met beide handen de gelegenheid aan om zich eindelijk op de al zo lang verafschuwde sophist te wreken en hem met al het mogelijke geschut aan te vallen. Tot in de stuitendste details beschrijft hij diens liederlijke leven van homoseksueel. Niets blijft onbesproken. De carrière van de sophist is één reeks van smerige streken. Geheel in de stijl van de kunst van het schelden krijgt ook ’s mans uiterlijk de nodige kritiek te verduren.